vrijdag 3 oktober 2014

Cedar Grove in het Sequoia Park

Als we dinsdagochtend 9 september opstaan is het behoorlijk koud. Het vriest een paar graden. Om na het eten weer een beetje op temperatuur te komen, zoeken we het zonnetje op buiten het bos op een boomstam over de rivier.
We zijn niet de enigen.
Vandaag is voor het eerst deze reis, de tent een beetje vochtig. We hebben geen haast.


In het Visitors Centrum drinken we een stevige teil koffie (je koopt hier altijd iets groots, maar dat zegt niets over de kwaliteit) en gaan we op stap.
Op Olmsted Point hebben we uitzicht op het dal, de er achter liggende Wilderness en natuurlijk de rook van de brand. De Tiogaroad waar we nu over rijden, is lang dicht geweest in verband met bosbranden.
Die zwarte verbrande lantaarnpalen langs de weg is een triest gezicht. Het doet ons erg aan Portugal, vorig jaar denken.




We hebben voor we hier vertrokken toch nog het verkeersbord 'Pas op voor overstekende Beren' gefotografeerd.
Misschien kan ik hem straks nog fotoshoppen achter een werkelijk voor onze neus overstekende beer??
Vlak voor Yosemite Village gaan we de Hwy 41 richting Fresno op.
We rijden nog een schitterende rit door de Sierra Nevada.

Als we al hadden overwogen een bezoek aan een soort civilisatie te brengen en als we dan ook nog Fresno zouden hebben uitgezocht?? (We zitten wel al een hele tijd in de wildernis, maar daar gingen we ook voor.)

Het is ons bespaard gebleven.
Als je op internet zoekt waar Fresno om bekend staat, krijg je een dwaze opsomming van inwoners aantallen, verdeeld over religies, afkomsten, vierkante kilometers, gemiddelde temperaturen, kwaliteit van de parken en meer van dat soort non informatie. Niemand heeft iets bijzonders kunnen bedenken.
De stad komt niet boven het talud van de snelweg uit, dus zijn we er uit voordat we wisten dat we er in waren.
We volgen onze Tom Tom naar Kings Canyon National Park.
In tegenstelling tot de afgelopen weken , wordt het heel stil om ons heen. Dat is niet alleen omdat ons navigatiesysteem wat zit te dromen tegen onze voorruit aan, maar de route die wij denken te moeten volgen is onbekend of niet populaire.
We gaan op weg naar Wilsonia.
Onderweg naar het park tanken we nog ergens, want in het Park zijn geen tankstations.
Restaurants, campings, laat staan motels komen we niet meer tegen tot bij Big Stump, de entre van het Park.
In Wilsonia kunnen we nog evt.  mee eten in het restaurant van de lodge, die overigens vol zit.
Maar dat duurt zo lang en we willen eigenlijk naar Cedar Grove Village aan het bittere einde van een doodlopende weg. Het wordt al aardig donker en het is zeker nog een kilometer of 60 rijden.
We besluiten door te rijden. We hebben genoeg eten om vanavond niet van de honger om te komen, maar veel van de weg en de omgeving zien we niet. Dat is niet erg. Het is een doodlopende weg en morgen moeten we hem weer terug rijden en kijken dan wel. We komen werkelijk geen auto tegen en slingeren in het stervens donker als gekken berg op en berg af. We rijden op een bepaald moment door een kloof, die steeds nauwer wordt, met een bruisende rivier direct naast de weg.
De eerste camping die we zien als we Cedar Grove naderen, rijden we op. Het is hier ook duidelijk een beren-camping met berenkluizen.
We hoeven geen plaatsje te zoeken, want we zijn hier bijna alleen.
In het toiletgebouw brand de hele nacht het licht. We gaan er dus niet te ver vanaf staan.

We steken een vuur aan, zetten de tent op op het vlakste plekje wat we kunnen vinden, eten er lekker van, drinken nog een biertje en rollen om een uur of tien de slaapzakken in.
Als we 's morgens wakker worden, blijken we onze tent bijna op de onverharde weg te hebben opgezet.
Daarom was het zo vlak.











Geen opmerkingen:

Een reactie posten