maandag 15 oktober 2012

Een verzuchting

Soms zou je willen dat er weer eens iets leuks gebeurde of dat je iets leuks gaat doen. Dat fenomeen betekend meestal dat je kapot zit te vervelen.
Nu heb ik bepaald niet het gevoel dat ik me kapot zit te vervelen, sterker ik verveel me niet.
Ik ben namelijk erg druk met de B&B. Populariteit genereert in ons geval veel belangstelling en dus veel gasten en dus veel werk, in tegenstelling tot veel etablissementen met dezelfde doelstellingen hier in de omgeving, waar het beddengoed niet slijt.
Maar druk, wat is druk?
Ik heb eens zitten nadenken. 
(Cees je moet niet nadenken!)(Toch doe ik het af en toe zolang ik het nog kan.)
Vroeger had ik het ook druk, maar daar ging veel minder tijd inzitten. Meestal bestond het werk, strak gepland, uit arbeid die over een veel langere tijd werd uitgesmeerd, soms over jaren. 
Met die goede planning en ook consequent op die planning te werken, kon je het soms, door op enig moment wat te accelereren, het zo regelen dat je het in een later stadium wat minder druk had.
Als je goed plande hoefde je je nooit te haasten
Als ik opgebeld werd "of ik tijd had", moest ik meestal zeggen dat ik dat niet had, maar dat ik dat wel kon maken.
Je trok tijd voor iets of iemand uit wat je, als je het niet te gek maakte, later makkelijk kon inhalen zonder dat het werk er onder leed. Je moet natuurlijk wel de 40 urige werkweek vergeten.
Het werk, wat ik dan nu drukte noem, dat werk nu moet gewoon snel af. Niets planning. 
Ik kan morgen de bedden niet opmaken voor gasten die vandaag komen.
Ik snap nu ook, waarom bijvoorbeeld het werkzame leven van Mieke zich anders afspeelt dan het mijne ooit gedaan heeft.
Toen zij een management functie had, verliep haar leven zoals het mijne altijd verliep. Lange termijn werk. Nu zij weer op de werkvloer staat werkt het allemaal anders. De patiƫnt die binnen wordt gebracht, ligt voor ze naar huis gaat weer lekker in zijn bed. Je neemt je werk niet mee naar huis en je laat het ook niet ergens op tafel liggen voor morgen. Nee, het moet af.
Goed.
De herfst breekt uit. Storm, regen en langzaam bruin wordende bomen. Bladeren in het gras.
De tuin winterklaar maken.
Maar je moet nu niet vergeten naar de natuur te kijken.
De meeste trekvogels zijn verdwenen en de wintergasten hebben zich aangediend. De kaler wordende bomen, worden wat meer doorzichtig.  Een paar dagen geleden had ik een hele wolk mezen in de sering voor mijn raam. 
Na het broedseizoen zie je ze vaak niet meer tot in de herfst. Maar de groep bestond zeker uit een stuk of 8 staartmezen, veel pimpelmezen en koolmezen. Natuurlijk zaten er wat vinken en wat ander gespuis bij. Met in mijn ene hand de telefoon( Ici Paris) en in mijn andere hand een camera, heb ik geprobeerd een en ander vast te leggen. Het magere resultaat zit hierbij. Het wordt wel tijd om de vetbollen op te hangen en de pindasnoeren te vernieuwen. Ze moeten bij tijds weten dat ze bij ons terecht kunnen voor een versnapering.
Dit jaar moet ik wel iets nieuws verzinnen om de kraaien, kauwen en roeken weg te houden.
Die beesten genereren steeds nieuwe methoden om mij te slim af te zijn. Ze acteren ook in groepen, want dat vinden ze handiger en het levert ook meer succes op.
Ik denk dat het voer in een kooitje moet worden gehangen, waar de kleine vogeltjes wel in kunnen en de duiven en kraaiachtige niet.
We vinden of maken wel wat.
  



1 opmerking:

  1. Ha! Nu kan ik het eindelijk ook lezen! En ik geloof dat ik zelfs john voor ben met reageren!

    BeantwoordenVerwijderen